Dertig

Jarig zijn. Na meer dan twintig sociaal verplichte kringverjaardagen ben ik al een aantal jaren klaar met de viering op die manier: de laatste jaren, geef ik de voorkeur aan een dagje weg met mijzelf. Mijzelf belonen op een dagje uit, want 'iemand die alles al heeft' gun ik een zintuigelijke ervaring. Mijzelf ook. Mijzelf, vooral!

Komende zondag word ik 30. Tenminste, indirect ben ik dat al. Ik ben eerder 30, dan dat ik nog 29 ben. Officieel ben ik vandaag 29 jaar en 360 dagen oud. Geen 30, maar ook geen 29.

Geen kringverjaardag, dus. Al helemaal geen zaaltje huren. Ik had mijzelf voorgenomen om een ieder die het argument 'maar je wordt 30' gebruikt, het contact mee te verbreken. Ze zijn er allemaal nog. Frustratie om niets. Alom. 

Spanning voor het fenomeen 'jarig zijn' is er allang niet meer. Sterker nog, ik lijk het ergens vervelend te vinden. Niet zo zeer om het ouder worden, maar een leeftijd te moeten koppelen aan de levensfase. Dat ik een getal 'ben', en er misschien wel een verwachtingspatroon is bij de ander. Dat je dertig jaar 'bent'. Maar, wat ben je dan, 30 jaar? Dat getal?

Conform het plaatje kom ik wel overeen met een dertiger: getrouwd, rijbewijs, koophuis en een baan. Geen kinderen. Wel een hond.

Het gezeur over het 'vieren', begint al wanneer je een baby bent en ouders jouw verjaardag vieren. Het bezoek werd destijds wekenlang opgezadeld met de hamvraag, 'wat moet ik kopen?' - terwijl je op die leeftijd alleen nog maar kon gooien met hetgeen je in je handen had. Blokken. Vierkante, houten blokken.

Een aantal jaren later, kon je vanwege het 'jarig zijn' niet slapen. Nog zoveel nachtjes slapen, en dan mocht je trakteren op school. Een verjaardagsfeestje vieren voor je vrienden. 

De tijd verandert pas echt wanneer je de leeftijd van achttien jaren bereikt: rekeningen, verantwoordelijkheden. Het volwassen gedeelte, daar hoort het 'jarig zijn' niet meer bij. Eigenlijk, heb je tijdens het volwassen zijn niet eens meer tijd om jarig te zijn. Je kent het wel - altijd druk. Ben je klaar met werken, kun je beginnen aan het koken en in het weekend het huishouden om op de maandag weer te beginnen aan hetzelfde riedeltje.

Klinkt depressief, hè? Maar nee, dat ben ik niet. Het zou depressief zijn wanneer ik zou antwoorden dat ik op die ene datum, een stapje dichter bij de dood ben. Eigenlijk, is dat iedere dag. Net als dat je iedere dag, een dagje ouder bent. Ik snap het fenomeen 'jarig zijn' gewoon niet meer. Wellicht dat ik er teveel over na heb gedacht of wellicht dat ik de achterliggende redenen niet meer noemenswaardig vind. Tja. 

De term 'verjaardag'. Waarom is het een hele dag, terwijl het eigenlijk misschien wel om die ene minuut draait dat je werd geboren? Een verjaarminuut. En, waarom is het de dag dat je bent geboren - terwijl je in de buik al langer leefde?

Juist, je staat stil bij je geboorte en volgens is het gebruikelijk maar vooral sociaal geaccepteerd dat je daar een hele dag aan besteedt - inclusief de viering daarvan. Daar is'ie weer, de kringverjaardag. 

Eigenlijk, is de avond voor je 'verjaardag' ook een 'oudejaarsavond'. En, de betreffende nacht een nieuwjaarsnacht. Het is maar hoe je het bekijkt. Door mijn zonnebril, zou je dat op die manier zien.

Nee, ik vier het niet. Ook dit jaar niet. Tenminste, niet in een kringetje. Niet om de visite, niet om de cadeaus. Niet op die ene dag. Eigenlijk vier ik het elke dag. Ik vier iedere dag het leven, en niemand die mij iedere dag om die reden feliciteert.

Op het moment van schrijven, krijg ik per toeval een e-mail van de verzekering dat de uitvaartverzekering die mijn ouders na de geboorte hadden afgesloten - volledig is betaald. De ironie. Het moment. Ja, nu voel ik mij oud. Hoera.